Tag Archives: Giacomo Puccini

In the Mix Agavoni cocktail

Voor de vijfde aflevering van #AperitivoEstivo – we zitten in de helft – gaan we even grasduinen in de wereld van de opera. Drama verkoopt, moet Puccini (zie artikel)  gedacht hebben, toen hij in 1887 zijn wereldberoemde opera Tosca schreef. Tosca is het verhaal van Mario Cavaradossi, een revolutionair en zijn lief Floria Tosca. Hij wordt gemarteld door Scarpia, een politiebaas, om verraad te plegen. Maar het is uiteindelijk Tosca, die het niet meer kan aanzien, en die alles verraadt.  En Cavaradossi wordt veroordeeld tot het vuurpeloton. We luisteren daarom naar de dramatische aria uit deze opera, ‘E lucevan le stelle’. Ondertussen maken we de cocktail van de week, een verrassende variant op de Negroni, maar niet met gin maar met tequila. Ook voor onze foodpairing – pasta alla Norma – zitten we in de wereld van de opera,  maar dan bij de opera Norma van Vincenzo Bellini. Het woord van de week is culaccino.

De Agavoni

De Negroni is een klassieke Campari cocktail waar we al uitvoerig  over bericht hebben. En we hebben ook al wat varianten gemaakt. Vandaag kozen we voor een Negroni op basis van tequila, een creatie van de Duitse bartender, stoker en auteur Bastian Heuser.

Silver, blanco of witte tequila is de meest voorkomende tequila en wordt onmiddellijk na distillatie gebotteld. Hij is dus niet gerijpt. Probeer een 100% agave te gebruiken om de gin te vervangen. De toetsen van citrus in de Campari wordt versterkt door de druppeltjes orange bitters en de etherische oliën die vrijkomen door het kneuzen van de zeste van pompelmoes. Dit alles samen zorgt voor een pittige variant van de klassieke negroni, waarin de tequila nieuw leven blaast.

Wat heb je nodig?

  • 20 ml silver tequila
  • 20 ml zoete vermout Carpano Antica Formula
  • 20 ml Campari
  • 2 dashes orange bitters
  • zeste van roze pomplemoes

Hoe maak je het?

Vul een old fashioned glas met ijs. Doe er de tequila, zoete  vermout, Campari en de orange bitters bij. Stir tot voldoende gemengd en gekoeld. Kneus er de zeste van de roze pompelmoes over en versier met een stukje zeste.

Woord van de week: culaccino

Culaccìno is afgeleid van het woord culo (letterlijk de kont, het achterste). Culaccino wordt gebruikt om het laatste stukje van een salami of stuk brood aan te duiden, maar culaccino betekent ook de afdruk van een nat glas op een tafel. Dat weten we dan ook weer! Oh, het meervoud is culaccini.

Suggestie bij de aperitivo: Pasta alla Norma (receptuur)

Ma questo e Norma!

Vincenzo Bellini (1801–1835) was één van de meest succesvolle Italiaanse componisten. Tijdens één van zijn vakanties aan het mooie Lago di Como, waar hij te gast was bij diva Giuditta Pasta, schreef hij de opera Norma, en creëerde hij voor haar de rol van Norma. Norma is zijn meest gekende opera en het stuk ‘Casta Diva‘, één van de meest dramatische episodes in de opera, werd onsterfelijk gemaakt door Maria Callas (beluister hier). Deze opera werd voor het eerst opgevoerd op 26 december 1831 in het Teatro alla Scala in Milan.

“Un opéra doit faire couler les larmes, causer l’horreur et amener la mort grâce au chant” en dat is Norma zeker. Maar ook eten brengt dezelfde emoties teweeg. Het verhaal van deze Pasta alla Norma, een typisch Siciliaans gerecht is ook doorspekt met emoties. Toen de auteur Nino Martaglio dit gerecht voor de eerste keer proefde was hij zo ontroerd door de uitzonderlijke smaak  en zei toen het volgende: “Ma questo e Norma!“.

Una vera Norma werd het synoniem voor alles was uitzonderlijk van schoonheid of smaak was. En Pasta alla Norma was geboren.

Muziek bij de aperitivo: “E lucevan le stelle” uit Tosca van  Giacomo Puccini

Tosca is een opera met drama pur sang, gebaseerd op een driehoeksverhouding waarbij op het einde iedereen sterft. Drama verkoopt dus, maar het is wel veruit mijn lievelingsopera, met onvergetelijke aria’s zoals Vissi d’Arte en het dramatische ‘E lucevan le stelle . 

E lucevan le stelle” (“En de sterren blonken”) wordt gezongen door Mario Cavaradossi, terwijl hij op het dak van Castel Sant’Angelo wacht op zijn executie.

E lucevan le stelle is één van de meeste beroemde opera aria’s geschreven in B mineur voor een tenor. Het begint heel stil (Andante lento appassionato molto) en dan komt het stuk voor klarinet. En dan mag de tenor zich volledig laten gaan. De techniek noemt spinto, waarbij de stem van een sopraan of tenor het gewicht van een lyrisch en/of dramatisch stuk moet aankunnen, vooral de grote muzikale climax (squillo). Ze gaan als het ware door een muzikale muur. Pavarotti kon dit, vandaar dat we voor zijn versie van E lucevan le stelle kozen.

Voor zij die willen meebrullen, hier een stukje van de tekst

E lucevan le stelle,
Ed olezzava la terra
Stridea l’uscio dell’orto
E un passo sfiorava la rena.
Entrava ella fragrante,
Mi cadea fra la braccia.
O dolci baci, o languide carezze,
Mentr’io fremente le belle forme disciogliea dai veli!
Svanì per sempre il sogno mio d’amore.
L’ora è fuggita, e muoio disperato!
E muoio disperato! E non ho amato mai tanto la vita!
Tanto la vita!
NM.

Viva Puccini

Als je Toscane hebt bezocht ben je misschien wel eens van Firenze via Pisa naar de kust gereden. Dan ben je zeker het kleine maar mooie stadje Lucca gepasseerd. Daar werd in 1858 Giacomo Puccini geboren. Zijn familie was zeer muzikaal en toen hij op jonge leeftijd een voorstelling van Aïda van Verdi bijwoonde was hij meteen verkocht.

Hij was één van de grootste componisten aller tijden maar zijn leven was niet allemaal rozegeur en maneschijn. Hij verloor zijn vader toen hij vijf jaar was en er waren vervolgens nog al wat schandalen met vrouwen die er bij de Dag Allemaals en Story’s van die tijd als zoete koek in gingen. Hij vestigde zich een paar kilometers verder richting kust, in Torre del Lago, waar hij zijn meesterwerken componeerde: Manon Lescaut, Madame Butterfly, Tosca en La Bohème.

Als romanticus en levensgenieter had hij een voorliefde voor het platteland waar hij zijn twee grote passies kon uitoefenen, namelijk snelle wagens en de jacht.

st8111a

Puccini in Brussel

De laatste vier jaar van zijn leven werkte Puccini aan Turandot, dat pas na zijn dood werd afgewerkt. Hij was geregeld depressief en leed aan suikerziekte. Puccini was een kettingroker en staat op de meeste foto’s en zelfs op zijn standbeeld in Lucca afgebeeld met een sigaret in de hand. In maart 1924 stelden de dokters vast dat hij kanker had. Na een eerste kuur in de buurt van Parma, die zonder gevolg bleef, raadpleegde hij een andere dokter, die hem doorverwees naar dokter Ledoux in Brussel, die een nieuw soort radiumtherapie had ontwikkeld. Puccini, eigenaar van een optrekje in de Koningstraat te Brussel, kwam aan op 4 november 1924.

Ledoux bevestigde de diagnose en besloot om Puccini te laten behandelen in een privé kliniek aan de Kroonlaan. De behandeling startte snel maar de ziekte was echter te ver gevorderd. Puccini overleed op 29 november 1924 in het gebouw aan de Kroonlaan nummer 1 in Elsene, waar nu nog een herdenkingsplaat hangt (die trouwens in erbarmelijke toestand is).

Geen enkel recept genoemd naar Puccini

Het was de gewoonte in de negentiende eeuw dat grote chefs gerechten de naam gaven van belangrijke personen. Met recepten rond Aïda en Verdi kan je bijvoorbeeld een ganse menukaart vullen. Raar maar waar, er is geen enkel recept naar Puccini genoemd in tegenstelling tot zeer vele van zijn tijdgenoten. Voor mij een beetje onbegrijpelijk. Na heel lang zoeken heb ik in één van de boeken van Escoffier ‘Oeufs pochés  Manon’ gevonden, maar het is zelfs niet zeker dat dit aan Manon Lescaut gerelateerd is.

Toch moet Puccini culinair onderlegd geweest zijn want in een brief aan zijn publicist beschreef hij uitgebreid een recept voor bonen op Toscaanse wijze met salie en look. Ook voor de scènes in Café Momus in La Bohème week hij af van het oorspronkelijke script van Henry Murger en veranderde de recepten en de wijnen die er door Rodolfo, Marcello en Mimi worden genuttigd. Het is natuurlijk maar een detail in deze fantastische opera, maar het moet voor Puccini toch een zekere belang gehad hebben, waarschijnlijk omdat zijn versie van de recepten beter de sfeer weergeven van een bruisend café in de Quartier Latin in Parijs.

Panettone

Puccini’s muziek werd onsterfelijk gemaakt dankzij de grote dirigent Arturo Toscanini. Waarschijnlijk omwille van de depressie en de vele zware beproevingen tijdens zijn leven, leefde Puccini in artistieke isolatie, zelfs met Toscanini had hij een warm-koud relatie. Puccini had de gewoonte om elk jaar rond kerstdag een panettone te sturen naar al zijn vrienden. Eén jaar was hij echter vergeten Toscanini, met wie hij op dat ogenblik ruzie had, van de lijst te halen. Hij zag snel zijn vergissing in en stuurde hem dan maar onmiddellijk een telegram met de volgende woorden: “Panettone sent by mistake”, getekend Puccini. Een paar dagen later ontving hij een kaartje terug van Toscanini met het lakonieke antwoord: “Panettone eaten by mistake”.

NM.

puccini-1