Tag Archives: Auguste Escoffier

Dianesaus, voor de echte meatlover

Aan tafel geflambeerd

Voor de vleesliefhebbers hebben we deze saus Diane, een rijke diepintense saus die perfect bij een stukje Holstein, Aubrac, gerijpte Simmenthal of onze WestVlaamse rode past. Of een steak naar jouw keuze. Vroeger werd deze saus aan tafel afgewerkt – lees geflambeerd – wat de smaak nog versterkt. Maar doe dit niet aan tafel noch in je keuken als je geen ervaring met flamberen hebt.

Wie is Diane in sauce Diane?

Diana

Diana was de Romeinse godin van de wilde dieren en de jacht. Ze was de zus van Apollo en werd geprezen om haar kracht, schoonheid en kwaliteiten als jager. Haar Griekse tegenhanger was Artemis. Diana beschouwde haar lichaam als heilig. Volgens de mythologie was ze op een dag aan het baden toen een jager per ongeluk ten tonele verscheen. Diana was zo kwaad dat ze de ongelukkige man stante pede in een hert veranderde. Deze fabel zou verklaren waarom zij op vele schilderijen staat afgebeeld met een hert.  En dat brengt ons naar saus en steak Diane. De ware geschiedenis van dit gerecht is een ingewikkelde zaak omdat er vele variaties van bestaan.  Eerst en vooral “sauce (à la) Diane”. De geschiedenis van vlees met gepeperde of gekruide sauzen gaat terug tot de oudheid. Peper was zeer geliefd bij de oude Romeinse en middeleeuwse koks en was prominent aanwezig in tal van recepten.

Volgens de Larousse Gastonomique, wordt Saus Diane van oudsher geassocieerd met wild, het resultaat van de jacht. Ze werd traditioneel bij wild geserveerd en werd toentertijd gemaakt met room, truffels en een ruime hoeveelheid zwarte peper. De eerste vermelding van Saus Diane (en niet à la Diane) in een kookboek, vinden we in Le Guide Culinaire (1907) van het culinaire icoon Auguste Escoffier. Zijn versie van sauce Diane bevatte hard gekookt eiwit.

Maar in de loop der jaren kwam er een shift van wild naar rundsvlees en werd het gerecht herontdekt ergens in de vroege 20e eeuw. En ik doe er soms champignons bij.

Zaalbereiding

Interessant genoeg valt deze periode samen met de opkomst een nieuwe culinaire trend, het bereiden van bepaalde gerechten, niet meer in de keuken van het restaurant, maar direct aan tafel door de maître voor het oog van de klanten. Denk maar aan typische zaalbereidingen zoals Caesar SaladCrêpes Suzette,  Steak tartaarSabayon, …).

Een ding is zeker: steak Diane was een hype in de jaren 50 en 60’s toen flamboyante chefs met zin voor show allerlei gerechten gingen klaarmaken aan tafel. Steak Diane leende zich perfect voor dit theatrale gebeuren, want de cognac in de saus moet geflambeerd worden, wat mooie vlammen oplevert. Flamberen heeft natuurlijk tot doel de alcohol te verbranden. Voor onze steak Diane is het flamberen van de cognac niet alleen voor de show, want het ontsteken van de alcohol versterkt namelijk de smaak van de afgewerkte saus. De korte maar intense hitte die je door flamberen opwekt, zorgt ervoor dat de suikers een aantal chemische veranderingen in gang zetten waardoor je een andere smaakdimensie verkrijgt.

Wat heb je nodig?

  • 2 steaks naar keuze (ossenhaas, …)
  • Olijfolie
  • Zout en peper naar smaak
  • 1 grote sjalot, fijngesneden
  • 60 ml cognac
  • kalfs- of rundsfond
  • 1 theelepel Dijon mosterd
  • 1 theelepel Worcestershire saus
  • Room of 2 eetlepels koude boter
  • Gehakte dragon
  • champignons

Hoe maak je het?

Wrijf de steaks aan beide kanten in met wat olijfolie en breng op smaak met zout en peper.

Verhit een braadpan met zware bodem op hoog vuur en voeg genoeg olie toe om de bodem van de pan te bedekken. Wanneer de olie net begint te roken, leg je de steaks in de pan. Bak gedurende dezelfde tijd aan beide kanten volgens je voorkeur (Bleu – Saignant – à Point – Bien Cuit)
Haal de steaks uit de pan, dek ze af met aluminiumfolie, hou ze warm en laat ze even rusten.

Voeg meer olie in de pan, indien nodig en fruit de sjalot. En nu komt het: haal de pan van het vuur en giet er de cognac in. Ofwel kantel je de pan zodat de vlam van je vuur de alcohol ontsteekt of ofwel gebruik je een lange lucifer. Wees in ieder geval voorzichtig. Blus de vlammen met de fond, voeg er de mosterd en de Worcestershiresaus bij. Breng even aan de kook en laat dan reduceren met tenminste de helft.

Wil je een mooie glanzende saus, voeg er dan op het laatste wat klontjes koude boter bij. Wil je een eerder romige saus, voeg er dan wat room bij.

Proef en breng op smaak met extra zout en peper indien nodig.

Leg de steaks nog vlug even in de pan om ze op te warmen en giet er wat saus over. Schik op een serveerschotel of op borden en bestrooi met de fijngesneden dragonblaadjes en serveer.

NM.

Zalm in een jasje van bladerdeeg

Voor zij die nog op zoek zijn naar een feestelijk voorgerecht is hier deze zalm in een jasje of een korst van bladerdeeg. Zalm lust iedereen en is daarom het perfecte ingrediënt om een lekker voorgerecht te maken. Je kan 1 groot stuk zalm inpakken of individuele porties.

We combineren de zalm met spinazie en verpakken dit alles in bladerdeeg. Dit is een eenvoudig hapje om te maken maar met verbluffend resultaat. Ik serveerde dit met Roomse kervel (Myrrhis odorata) die een nog meer uitgesproken zoeterige anijsachtige smaak heeft dan gewone kervel. Je kan er een dillesaus of hofmeestersaus (zie recept) bij serveren. En heb je veel tijd, dan kan je het bladerdeeg versieren en er leuke motieven insnijden.

Koulibiak

Zalm in bladerdeeg is een klassiek feestgerecht voor kerst en oudjaar. Deze Saumon en Croûte komt uit de Franse keuken maar eigenlijk is het een Russisch gerecht, naar onze contreien gebracht door de grote Franse chef Auguste Escoffier.

Koulibiak (koulibiac of coulibiac komt van het Russische woord кулебя́ка – koulébiáka – en was een manier om charcuterie in patisserie te verwerken. Men gebruikte vis, gehakt of vlees (beef Wellington) al dan niet aangevuld met groenten en verpakte deze in bladerdeeg. Het gerecht werd in de oven afgebakken en in meestal versneden opgediend.

Wat heb je nodig?

  • 20 gram ongezouten boter
  • 1 sjalot, fijn gesneden
  • 400 gram jonge spinazie
  • Zeste van citroen
  • 1 kg zalm (voor ongeveer 6 tot 8 personen)
  • bladerdeeg
  • bloem
  • 1 ei, opgeklopt
  • 200 g roomse kervel of andere groente zoals waterkers

Hoe maak je het?

Verwarm de over voor op 200 graden. We maken eerst de gesauteerde spinazie zodat deze kan uitlekken.

Laat de boter smelten en fruit de fijngesnipperde sjalot tot deze gaar is (ongeveer 5 minuten). Voeg er de spinazie bij en laat deze verwelken. Haal van het vuur en doe de spinazie in een vergiet zodat deze zijn vocht kan verliezen. Zoniet wordt je bladerdeeg niet krokant. Duw er desnoods wat op met een houten lepel. Doe de spinazie dan in een kom en kruid met peper en zout en wat zeste van citroen.

Kruid de zalm met peper en zout en sprenkel er wat citroensap over. Verpak deze in zijn geheel of snij in individuele porties. Ik verpak 1 stuk zalm in bladerdeeg maar je kan er bijvoorbeeld ook een sandwich van maken (zalm, spinazie, zalm).

Rol het bladerdeeg uit op je bebloemd werkvlak. Leg het dan direct op een overschaal met bakpapier, zodat je de pakketjes niet meer moet bewegen. Leg nu een stukje zalm op een stuk bladerdeeg. Zorg dat je ongeveer 2.5 cm aan elke zijde overhebt. Leg er de spinazie op en verpak. Goed aandrukken zodat er geen lucht meer inzit. Snij het overtollig bladerdeeg weg. Wanneer alle stukken in bladerdeeg verpakt zijn, bestrijk je de pakketjes met opgeklopt ei.

Bak gedurende 25 minuten in de oven en serveer warm.

NM.