Tag Archives: panzanella

In the Mix de Bitter Red Devil

In de vierde aflevering van #AperitivoEstivo stellen we jullie de Bitter Red Devil voor, een aperitivo die je ook als digestivo kan serveren, gezien de grote aanwezigheid van Italiaanse bitters.

Als basis kozen we de Martini Riserva Speciale Bitter. Deze bitter is geïnspireerd op het originele recept uit 1872, waaraan Martini een hippe toets heeft gegeven.

Daar voegen we twee buitenbeentjes aan toe, namelijk de Fernet-Branca en Cynar, geen klassieke amari want veel kruidiger en meer bitter dan zoet.

Fernet-Branca is een speciaal geval en ligt aan het andere einde van het spectrum van de bitters, want meer bitter dan zoet. Het is een siropige digestief die, toegevoegd aan een mixed drink er veel meer diepgang aan geeft, en zo je drankje meer complex en interessant maakt.

Het andere buitenbeentje amaro is Cynar, een jonge amaro uit 1952, die hoofdzakelijk gemaakt wordt op basis van de artisjok, maar met een toets van bloemen en kruiden die voor het zoete element zorgen. Cynar werd in Italië gelanceerd in 1952. Angelo Dalle Molle experimenteerde met cynarine, een bittere stof uit de wortels en bladeren van artisjok. Hij verfijnde de smaak met 13 kruiden en planten tot een diepbruine bitterzoete likeur.

Deze Bitter Red Devil is een feest voor de liefhebbers van bitters. Maar opletten met de verhoudingen. Begin met 5 ml (een barlepel of een theelepel) en proef eerst.

Voor het zoete element kozen we de Martini Riserva Speciale Ambrato, nog een topper uit het gamma van Martini. Deze witte vermout wordt gemaakt van Italiaanse wijnen en exotische botanicals die samen in eikenhouten vaten rijpen. Het resultaat is een bloemige vermout met aroma’s van citrusvruchten en een vol karakter.

Deze aroma’s gaan we nog versterken met de etherische olie uit de schil van de appelsien en met 15 druppels orange bitter van Peychaud’s, Waarom Peychaud’s? Omdat die veel lichter, fruitiger en minder bitter is dan de andere orange bitters is.

Wat heb je nodig?

  • 60 ml Martini Riserva Speciale Bitter
  • 7 ml Cynar
  • 7 ml Fernet-Branca
  • 30 ml witte zoete vermout (Martini Riserva Speciale Ambrato)
  • 15 druppels Peychaud’s orange bitters
  • 1 zeste van appelsien

Hoe maak je het?

Vul een mengglas met ijsblokken en giet er de Martini bitter en vermout, Cynar en Fernet-Branca in. Een barlepel is 5 ml dus begin met een barlepel, proef even en pas aan tot 7 ml of volgens je eigen smaak. Doe er de 15  druppels orange bitter bij en kneus de zeste van appelsien boven het mengglas. Stirren tot de juiste afkoeling en verwatering en strainen in een gekoeld glas. Versier met de zeste van appelsien.

Woord van de week: trasecolare

Trasecolare is Italiaans voor verbluft, iets waar je mond van open valt. Ik was aan dit artikel bezig toen de grote wereldleider met het oranje haar in België, het VK en op bezoek bij Putin was, en hij door zijn dwaze uitspraken zowat iedereen sprakeloos – flabbergasted – achterliet.

Suggestie bij de aperitivo: Panzanella

Panzanella is een klassiek voorgerecht uit Toscane en Umbrië en komt eigenlijk uit de cucina povera (armemensenkeuken), want het slaatje bestaat uit oud brood en nog wat restjes uit de keuken. Het wordt ook soms panmolle genoemd. Er bestaan natuurlijk weer eindeloze variaties van dit gerecht, maar waar niet over gedebatteerd wordt is het belangrijkste ingrediënt, namelijk het rustieke zoutloze brood – pan sciocco – genaamd. Dus geen fluffy wit brood zoals wij ze hier kennen, want het brood moet zijn vorm houden. Klik hier voor de receptuur.

Muziek bij de aperitivo: Parlami d’amore Mariù

Parlami d’amore Mariù werd voor het eerst gezongen op 15 oktober 1932 door Vittorio De Sica in de film Gli uomini, che mascalzoni (tekst en muziek van Ennio Neri en Cesare Andrea Bixio). Het was onmiddellijk een grote hit.

Ondertussen werd dit liedje door alle groten van de wereld gezongen: onder andere Pavarotti, Jovanotti, José Carreras, Placido Domingo, Tino Rossi, Adamo en ook onze eigen Helmut Lotti. Het succes is dus nooit gestopt en het merkwaardige aan dit nummer is dat sinds het uitbrengen in 1932 er in elk decennium een hit mee gescoord is. Een tijdloze klassieker dus. De bij het grote publiek bekendste versie is die van Achille Togliani omdat die door Dolce & Gabbana van onder het stof werd gehaald voor de commercial voor hun Light Blue parfum (link naar youtube).

Voor zij die willen meezingen, hier een stukje van de tekst

Come sei bella più bella stasera Mariù!
Splende un sorriso di stella negli occhi tuoi blu!
Anche se avverso il destino domani sarà
Oggi ti sono vicino, perche sospirar?
Non pensar!

Parlami d’amore, Mariù!
Tutta la mia vita sei tu!
Gli occhi tuoi belli brillano
Fiamme di sogno scintillano

NM.

Panzanella

6675

Panzanella is een klassiek voorgerecht uit Toscane en Umbrië en komt eigenlijk uit de armemensenkeuken, want het slaatje bestaat uit oud brood en nog wat restjes uit de keuken. Het wordt ook soms panmolle genoemd. Er bestaan natuurlijk weer eindeloze variaties van dit gerecht, maar waar niet over gedebatteerd wordt is het belangrijkste ingrediënt, namelijk het rustieke zoutloze brood – pan sciocco – genaamd. Dus geen fluffy wit brood zoals wij ze hier kennen, want het brood moet zijn vorm houden.

Liefst is het brood voor panzanella al een dag of twee oud. De kunst is natuurlijk om te zorgen dat je brood niet oud smaakt, en daarvoor heb je iets vochtig nodig. In de oude tijd werd daarom het brood met water besprenkeld, of het werd in water geweekt en dan uitgewrongen. Met als resultaat twee verschillende texturen. De toenmalige Toscaanse boeren hadden toen misschien enkel water, maar nu hebben we meer oplossingen voorhanden, zoals het sap van de tomaten die je zal gebruiken, of azijn of je laat gewoon de vinaigrette zijn werk doen. Het is wat zoeken naar de gulden middenweg tussen droog en geweekt brood. Ik persoonlijk kies voor de azijn vanwege de zing die je aan het brood geeft.

Naast brood zijn tomaten een belangrijke factor. Mijn voorkeur gaat naar rijpe San Marzanotomaten, die ik op voorhand in twee snij en met zout besprenkel. De sappen die zo vrijkomen gebruik ik in de vinaigrette.

Het volgende ingrediënt is ajuin. Terug zeer persoonlijk maar in dit type slaatje heb ik liefst ajuin van het zachtere, eerder zoete type. Lente-uitjes zijn iets te sterk van smaak.

Vervolgens zijn we bij de pepers aanbeland. Liefst rode en gele pepers, liefst rauw voor het crunchy element. In Italië is dit geen probleem maar onze overal te vinden rode en groene paprika’s hebben niet zoveel zon gezien als hun Italiaanse tegenhangers, vandaar dat ik voor de geroosterde versie kies.

En dan zijn we bij de afwerking gekomen. We beginnen met wat blaadjes basilicum, een perfecte combinatie met de tomaten en de olijfolie. Nu nog wat smaakmakers die de sla in evenwicht brengen, want we hebben nog geen zout en vooral zoete smaken. Ik kies voor het zuur van kappertjes, wat fijn gesnipperde look om in de dressing te verwerken en ik durf er wel eens een stukje gezouten ansjovis in pletten. Je ziet het niet maar de subtiele smaak is wel aanwezig. Nog een vleugje goede balsamico en mijn panzanella is klaar.

6668

Wat heb je nodig?

  • San Marzanotomaten (of andere rijpe tomaten)
  • Basilicumblaadjes
  • Ajuin
  • Rode en gele paprika
  • Oud brood
  • Olijfolie
  • Balsamico azijn
  • Kappertjes
  • Ansjovis
  • Vers gemalen peper en zout

Hoe maak je het?

Laten we beginnen met het roosteren van paprika’s. Verwarm de oven tot 200 graden Celsius. Snij de rode en gele paprika’s in twee, verwijder de zaadlijsten en de zaadjes, en leg ze met de snijkant naar beneden in een ovenschotel. Zet in de oven gedurende 10 tot 15 minuten tot het vel zwartgeblakerd is. Haal uit de oven en doe de paprika’s in een plastiekzak die je sluit. Laat afkoelen. Wanneer de paprika’s afgekoeld zijn, haal je ze uit de zak. Je kan nu heel gemakkelijk het vel verwijderen. Snij of breek de paprika’s in grote stukken en besprenkel met wat olijfolie.

In plaats van de paprika’s in de oven te roosteren, kan je ze ook direct over een vlam roosteren. Snij de stukken rode paprika in beetgare stukjes.

Nu de oven toch op staat kunnen we in dezelfde beweging ook te tomaten roosteren. Snij ze in de lengte in twee, strooi er wat peper en zout over en besprenkel met olijfolie en laat ze traag roosteren tot ze mooi zacht zijn en lichtjes gekarameliseerd. Het laatste halfuur mag je de grove stukken brood in de oven doen. Zoals reeds hierboven vermeld, breek ik het brood in stukken en laat die even in het sap van de gesneden tomaten liggen, vooraleer ik ze ga roosteren. Haal de stukken brood er uit en laat ook de tomaten afkoelen.

Neem een grote serveerschotel en schik er de tomaten, de stukje paprika en de stukken brood op. Breek de mozzarella in stukken en verdeel ook deze over de schotel, samen met de basilicumblaadjes en de kappertjes. Kruid met peper en zout.

We maken een dressing van olijfolie en wat goede balsamico. Plet er een stukje ansjovis in, roer even goed om zodat alles gemengd is en giet over de panzanella. Smakelijk eten.

NM.

6671